Tykkimäki en Nokkakivi. Voor Nederlandstaligen lijken het twee van de pot gerukte nonsenswoorden. Een Fin zal er echter niet vreemd van opkijken. Hij herkent de woorden als ‘Kanonheuvel’ en ‘Neussteen’ – toegegeven, ook wat eigenaardig, maar toch relatief normaal klinkende plaatsnamen. Een goed geïnformeerde Fin zal je zelfs kunnen zeggen dat het om twee van ’s lands kleinere pretparken gaat. Pretparken die, ondanks hun geringe omvang, toch een bezoekje waard zijn… Zeker wanneer je toch al in het land van de duizend meren zou zijn!
Liefhebbers van attractieparken kennen Finland vooral vanwege zijn typische stadspretparken. De twee grootste steden Helsinki en Tampere hebben met respectievelijk Linnanmäki en Särkänniemi elk een interessante trekpleister voor achtbaanfans op hun grondgebied. Maar ook het jonge en relatief afgelegen Powerpark weet dankzij zijn spectaculaire Gerstlauer-banen steeds meer pretparktoeristen te overtuigen. Elk van deze parken kan wel uitpakken met minstens één grote topcoaster. Tykkimäki en Nokkakivi hebben met elk één familieachtbaan niet dezelfde aantrekkingskracht. Toch hebben ook deze twee parken onmiskenbaar een eigen charme, zeker als je een liefhebber bent van oudere en steeds zeldzamer wordende flat rides.
TYKKIMÄKI
Tykkimäki is – net als Linnanmäki – op een heuvel (‘mäki’) gelegen. In 1789 werd hier tussen de Zweden en de Russische Kozakken de Slag bij Utti uitgevochten. De Zweedse troepen van koning Gustaaf III plaatsten hun kanonnen op de top van deze heuvel en konden na afloop de overwinning claimen. De naam van de heuvel – ‘Tykkimäki’ betekent zoveel als ‘kanonheuvel’ – verwijst nog steeds naar deze historische gebeurtenis.
Het prille begin
Sinds 1986 gaat het er veel luchtiger aan toe op deze plek. Sinds de 17de mei van dat jaar kan je er Tykkimäki terugvinden, een pretpark met een gevarieerd aanbod aan mechanische attracties. Een aantal attracties van het eerste uur vormen nu – meer dan dertig jaar later – de absolute klassiekers van het attractieaanbod van het park. Ondanks dat het type in de ons omringende landen steeds verder verdwijnt, domineert Taifun, de door het Duitse Huss gefabriceerde Condor, nog steeds de skyline van Tykkimäki.
Eén van de meest unieke nog in werking zijnde attracties uit het openingsjaar is de Calypso. Deze oldie van de legendarische attractiebouwer Schwarzkopf is zelfs nog veel ouder dan Tykkimäki zelf. Van 1967 tot 1974 was hij te vinden in Linnanmäki; daarna verhuisde hij naar Särkänniemi. Bij de derde en huidige eigenaar houdt de thrillride het al veruit het langste uit. Tykkimäki weet dan ook donders goed wat voor unieke machine het hiermee in handen heeft. De Calypso bestaat uit 16 tweepersoonsgondels – met een heerlijk nostalgisch afdakje – gepositioneerd op een grote houten draaischijf. De gondels draaien ook nog eens per vier rond een spil waaraan ze verankerd zijn. De Calypso kan op die manier als voorganger van de populaire Breakdance worden gezien. Vroeger hadden ook parken als Bobbejaanland en Slagharen een dergelijke attractie in hun park, maar nu is het een echte zeldzaamheid geworden. Later verschenen nog attracties van Schwarzkopf in Tykkimäki, zoals de inmiddels verdwenen Enterprise. Ook de Cortina Jet, een Bayern Kurve die enkele jaren geleden op de Belgische kermissen te zien was, stond ooit te pronken in het park.
Nog een attractie die al sinds 1986 meegaat, is Yllätysten talo, het ‘huis der verrassingen’. Dit funhouse doet aan de buitenkant denken aan het oorspronkelijke idee voor het stationsgebouw van Anubis The Ride in Plopsaland De Panne. Het is namelijk een huis met puntdak dat op zijn kop staat, maar dan met houten muren in het typisch Scandinavische falurood. Binnenin word je getrakteerd op typische funhouse-elementen zoals een scheve kamer of een desoriënterende draaiende tunnel.
De eerste uitbreidingen
Ook in de jaren na de opening bleef Tykkimäki investeren in nieuwigheden: zowel tweedehandse als gloednieuwe attracties. Van Linnanmäki nam het in 1988 de 26 jaar oude Pilvenpyörä over, een paratrooper-attractie. Deze flat ride, ontworpen door het Amerikaanse Frank Hrubetz & Co., bestaat uit vrij schommelende gondels die aan een schuin draaiend wiel bevestigd zijn. Dit exemplaar was het eerste waarin de passagiers allemaal samen gelijkgronds konden instappen. Tijdens de rit ging het rad dan schuin rechtop staan, vergelijkbaar met een Enterprise.
Een jaar later, in 1989, opende Tykkimäki zijn eerste en voorlopig nog steeds enige achtbaan: Idän Pikajuna. Deze powered coaster van Mack is een standaard ‘Blauer Enzian’-model, zoals er ook in het Duitse Freizeit-Land Geiselwind één te vinden is. Ondanks dat de naam van de achtbaan verwijst naar de legendarische Oriënt-Express, is er geen poging gedaan om dit thematisch door te trekken en betreft het hier een rasechte catalogusachtbaan en -trein. Leuk voor de achtbaanteller, maar geen hoogvlieger binnen het park.
In 1990 opende Tykkimäki opnieuw een attractie voor de hele familie: Kustirata. Deze fietsmonorail werd gebouwd door Vekoma en is daarmee een soort- en generatiegenoot van gelijkaardige attracties in Bobbejaanland (Horse Pedalo), de Efteling (slakkenmonorail in het Lavenlaar, voordat deze werd geëlektrificeerd) en Duinrell (Monorail). Vooral met die laatste heeft de versie van Tykkimäki een opvallende gelijkenis: de overkapte gondels hebben een bijna identiek ontwerp, tot de beeltenis van de kikkermascotte toe. Sowieso vertonen de parkmascottes Kusti en Kerttu van Tykkimäki een opvallende gelijkenis met Duinrells Rick de Kikker. De outfit van de kikker op de monorail van Tykkimäki lijkt echter eerder toe te behoren aan Rick dan aan Kusti zelf.